Een nieuw kalenderjaar begint voor velen met goede voornemens. Meer bewegen en meer sporten staat hoog in de goede voornemens top 10. Joost Brinkman is een van de oprichters van onze vereniging en nog steeds een heel actief lid. Hij schrijft in dit nieuwsitem over nut en noodzaak van sporten en roeien in het bijzonder. Mogelijk geeft dit jou net dat duwtje om (nog) wat vaker of verder te roeien. Op een sportief en gezond 2025!
———–
Sporten is gezond
Voor lijf en leden. Dat wisten de oude Romeinen al. Maar ook voor je mentale welzijn. Iedereen kent wel het sportschoenenmerk ASICS, en dat is een acroniem voor Anima Sana In Corpora Sana, Latijn voor een gezonde geest in een gezond lichaam.
De volksziekte
In Nederland hebben veel mensen last van overgewicht, en dat is vooral in combinatie met diabetes mellitus, hypertensie, een ongezond vetspectrum, roken en aanleg, een risico voor hart – en vaatziekten. Waarmee waarschijnlijk niets nieuws gezegd is. Met een gezonde levensstijl is dat risico wel gunstig te beïnvloeden. Dat zal ook niemand onbekend in de oren klinken. Dus: niet roken, gezond eten en bewegen is het credo.
Sporten is de vergrotende trap van bewegen
En wat mag je daar nu, behalve natuurijk dat het verschrikkelijk leuk is, van verwachten? Welnu, regelmatige (duur)training resulteert in:
- vermindering van (over)gewicht
- een toename van het het gezonde HDL-cholesterol
- afname van de (ongezonde) triglyceriden-vetten
- enige verlaging van de bloeddruk
En dat zijn (toeval?) allemaal factoren die bijdragen aan een lager cardiovasculair risico.
Diabetes mellitus
Hoe zat het ook alweer met ‘suiker’ oftewel diabetes mellitus? Suiker en vetten zijn nodig voor het functioneren van spiervezels. Om suiker (preciezer: glucose) de spiercel in te loodsen is normaliter insuline nodig. Insuline wordt gefabriceerd in de alvleesklier. Het gekke is dat bij veel overgewicht er meer insuline nodig is om suiker de spiercel in te krijgen. Bij teveel vraag naar insuline kan de alvleesklier niet meer aan de behoefte voldoen, of geeft het zelfs op. Uiteindelijk stijgt dan de suikerspiegel in het bloed en dan spreken we van diabetes mellitus type II. Overgewicht komt steeds meer voor in onze westerse samenleving en is dus een risicofactor voor het krijgen van diabetes mellitus. Er wordt inmiddels gesproken over een volksziekte.
Behalve dat normalisering van het gewicht en regelmatig bewegen het risico vermindert op diabetes mellitus, heeft inspanning ook een direct gunstig effect op de glucose stofwisseling. Dat is omdat glucose met minder insuline toch opgenomen kan worden in de spieren. De meeste mensen die wel eens de man met de hamer zijn tegengekomen met een duurtraining herkennen dat wel. Dan is de glucose spiegel te laag geworden.
Spiermassa
Ouder worden gaat gepaard met verlies van spiermassa. De snelle (rode) spiervezels die nodig zijn voor maximale / explosieve krachtsinspanning zijn het eerst aan de beurt. Gelukkig kunnen we daar wel wat aan doen, want dat ellendige spierverval kan wel getemperd worden door training. Door krachttraining blijf je langer fit. En bovendien kunnen die spiervezels ook wel weer beter gaan functioneren. De langzamere (witte) spiervezels blijven langer bewaard. Met het ouder worden kunnen we daardoor nog best meekomen bij een duurprestatie.
Melkzuur is inderdaad zuur
Bij inspanning gebruiken we zuurstof voor verbranding van glucose en vet in de spier. Zogenaamde aerobe stofwisseling. Daar is een grens aan. Wanneer we die grens passeren die onze aerobe stofwisseling aankan, gaan we over op de anaerobe stofwisseling. Er is dus sprake van een tweetrap raket. Zolang het kan, verbranden we glucose met behulp van zuurstof. En bij overschrijding van de limiet gaan we over op (de veel minder efficiënte) verbranding zonder zuurstof.
Bij dat laatste proces wordt melkzuur geproduceerd. Dat geeft een onprettig gevoel: je spieren verzuren, je komt in het rood. Dan heb je de maximale zuurstof opname capaciteit overschreden. Het moment waarop je overgaat tot anaerobe stofwisseling kan je trainen. Dat resulteert in vooral een verbetering van je duurprestatie.
Als we gaan sporten, waarom kiezen we dan voor de roeisport?
Daar zijn zoveel goede redenen voor:
- Je bent op het water, en water is ons levenselixer.
- Je komt in de natuur: je ziet allerlei beestjes, vissen , waterplantjes, je ziet de zon opkomen op een spiegelgladde Kaag, je komt thuis en begint weer aan een mooiere dag dan die je begonnen bent.
- Je ontmoet hele leuke mensen, jong en oud en dat geeft verbinding.
- Roeien is ook een teamsport. Het gaat om samenwerken, de eenheid in de boot, die maakt dat de boot gaat ‘lopen’.
- Cadans, ritme en focus werken meditatief
- Je bent nooit uitgeleerd: het is een veel technischere sport dan velen denken. Maak maar eens de ideale ‘haal’…
- De roeisport verbetert zowel de duurprestatie als de krachtprestatie, al naar gelang de wijze van beoefening.
- Het kan op alle niveau’s beoefend worden, van recreatief tot gouden plakken op de OS, al is roeien daar zeker niet uniek in natuurlijk.
- Je gebruikt vele spiergroepen van armen, benen, romp en rug, en behoudt de bewegingsmogelijkheid in je gewrichten
- Je traint coördinatie en balans.
Blessures
Bij iedere sport kan je blessures krijgen. Ook bij roeien. Zoals daar zijn: rugklachten (vaker in het begin als men probeert de balans te houden door scheef te gaan zitten), polsklachten en golfers elleboog (meestal een kwestie van techniek). Blaren en pijn in het zitvlak (dat hoort er een beetje bij). In zeldzame gevallen bij overmatige belasting zelfs een stressfractuurtje van een rib (bij de topsporters). Het goede nieuws is dat blessures relatief weinig voorkomen vergeleken met andere sporten. Er is geen schokbelasting of extreme uitslag in de gewrichten. Rugklachten kunnen zeker ook verholpen of voorkomen worden. Daardoor kan de roeisport tot op hoge leeftijd worden beoefend, zolang je maar kan zwemmen.
Conclusie
Roeien heeft het allemaal, dus waar wacht je nog op? Stap in de boot, grijp de riemen en ontdek de vele voordelen van deze fantastische sport
Joost Brinkman